Tijdens mijn verhuizing van Amsterdam naar Amstelveen heb ik diverse
mappen met krantenartikelen, aantekeningen ed, in een map gestopt en mijn
archiefmateriaal aan Hans Knot gegeven. Onlangs kreeg ik wat persoonlijke foto’s
van mij terug en ook een reeds door Peter Harmsen uitgetypt interview dat ik met
Leen Vingerling had opgenomen waarschijnlijk eind 1986 begin 1987.
Het interview is van ruim 22 jaar geleden!
Eind 1986 toen de communicator voor de kust van Duinkerken lag kreeg ik ook nog
een zeer merkwaardig telefoontje van “iemand in overheids dienst” laten we het
daar maar op houden. De man sprak met een Vlaamse tongval en ik zelf vermoed dat
hij voor de Belgische justitie werkte. U leest daar binnenkort meer over. We
gaan nu terug naar 1986/1987 toen Leen Vingerling nog regelmatig met fans de
Ross Revenge “aandeed”.
Rob: Op een gegeven moment ben je begonnen met boottochten naar de Ross
Revenge van Caroline. Zeeland Charters geloof ik. Je bent toen in contact
gekomen met SMC, in eerste instantie maakte je een
Boottocht met Gerard van Dam.
Leen: Hoe die dat zegt: in contact gekomen met SMC! Ha ha
De Ross die lag er en ik voelde de drang in me opkomen om daar te gaan kijken.
Ik heb toen allerlei charter bedrijven opgebeld en Zeeland Charters die kon wel
wat voor me organiseren. Ik had er twaalf mensen voor nodig en die heb ik in
mijn eigen kring gezocht en aangevuld met Van Dam en toen zijn we daar naar toe
gevaren.
Het verhaal wil dat de tocht dertig uur duurde die wel woelig zou zijn, tja die
lui die werden goed gek gemaakt. We gingen weg met noord west vier en het was
een jacht van een meter of zestien en twee en een halve meter breed dus dat had
bijna geen ballast en was echt een speelbal van de golven. We moesten eerst de
Oosterschelde afvaren en het duurde ongeveer vier uur. Iedereen aan het bier en
dus erg gezellig. Koffie drinken en nog meer dingen die allemaal slecht voor je
maag zijn, we zitten nog niet buitengaats en Van Dam duikt naar zijn bed en van
de dertig uur heeft hij er zeker zevenentwintig uur op zijn bed gelegen. En de
terugtocht was zo verschrikkelijk woelig dat je van die zetpillen kreeg. En toen
heeft een kameraad- Theo Tol- die nog bezig is geweest om nog wat te doen in die
piraterij met Ron West en zo, die heeft niks anders gedaan dan bij iedereen
zetpillen in zijn gat te douwen. Onvergetelijke reis, dat was de eerste keer dat
wij het schip zagen. Chicago was aan boord en we konden toen ook aan boord komen
in groepjes van drie of vier met de rubber boot voor twintig minuten. En dat was
eigenlijk het hele bezoek toen zijn we weer terug gegaan.. Dat was toen wel goed
bevallen en toen hebben we nog een tocht of zeven, acht gemaakt. Daarna ben ik
met SMC in contact gekomen want die voelde wel ergens dat er wat te verdienen
viel. SMC had gevraagd of het niet mogelijk was om vijftig tot zestig man er op
af te sturen want dat is toch veel handiger. Toen heb ik Rob van SMC geadviseerd
dat niet te doen want je komt niet met vijftig tot zestig man aan boord. Hij zei
toen dat ik in contact moest opnemen met Van Laren want die deed dat vroeger
altijd. Rob heeft toen met Van Laren gebeld en die had weer een mannetje die
eventueel wel zou willen varen. Toen zijn we in contact gekomen met Dannyd met
de Zeemeeuw en ik ben gaan kijken of het wel een goede boot was, een prijs
afgemaakt en toen is het echt gaan lopen, toen is het echt goed gaan
lopen en werd het goed georganiseerd. Correcte afspraken, niet met bootjes erom
heen varen. Ik kan me herinneren dat we een keer van al die tochten, dan zijn er
minstens zestig geweest, niet aan boord mochten komen omdat de kapitein die
ochtend zou worden afgelost en er was chantage, sabotage, er was van alles
gebeurd. Er was geen olie meer, de zender was uit de lucht, dus ze wilden geen
bezoekers aan boord hebben.. En dat was tevens de eerste keer dat we aan boord
van Laser mochten komen.. Dus dat was wel een goede vervanging.
Rob: Nou heb ik gehoord dat je op een gegeven moment een aanbod hebt
gehad van de Monique organisatie om daar met de tendering te helpen, zou je mij
kunnen vertellen waarom de Caroline organisatie nu juist Monique heeft
uitgezocht?
Leen: Nou wat betreft die tendering daar was ik eigenlijk al vanaf het begin af
aan bij betrokken, we gingen varen met Danny die een vrij goede boot heeft. Toen
zag ik de mogelijkheden die boot eventueel te gebruikenvoor het brengen van
spullen. Daar hebben we toen in het diepste geheim over gesproken en de
tweede keer dat de boot kwam ging er al water mee, en de derde keer dat we
langzij kwamen ging er al olie en water mee en eten. Zo snel ging het al. Omdat
ze vanuit Engeland maar twee tot drie ton konden brengen en Danny bracht eerst
vier en een halve ton olide en daar konden ze dan vijf dagen van draaien.
Gecombineerd dan met de Engelsen want wij kwamen maar eens in de week en dan
hoefden de Engelsen niet zo vaak te varen. Dus dat deed ik al een hele tijd voor
Caroline op de gekste momenten.
Dinsdag was altijd mijn vrije dag van werk, dus we gingen maandag-
avond ook weleens weg. Dan belden ze met windkracht zeven op om te vragen of ik
wat naar de Ross kon brengen, want anders zou die overmorgen uit de lucht
moeten. Dan zei ik: Heb je weleens uit het raam gekeken? Het is hier windkracht
zes of zeven. Toen waren we nog zo gek dat we nog gingen ook! Windkracht zes tot
zeven met golven van drie meter. Dus die bevoorradingen die gingen op de gekste
momenten door de week, met alle gevolgen van dien. Dat ik weleens te laat was op
mijn werk. Dan zei mijn vader niet veel: hij zweeg. En op een van die tochtjes
kreeg ik Fred Bolland mee en die wilde weleens kijken. Hij wilde ook wat
afleveren bij Laser want hij was daarbij betrokken. Hij verkocht t shirts en
posters en weet ik veel wat voor rommel. Dus die moest bij Laser afgezet worden.
Nou, dat kon, dat was geen enkel probleem. Als je zag hoe georganiseerd
dat allemaal ging. En die Fred komt een maand later in onze boekwinkel in
Naaldwijk en zegt dat hij me nodig heeft. Ja, zegt hij, er komt binnenkort een
Nederlandse organisatie en die gaat uitzenden vanaf de Ross en ik zou graag
willen weten of jij in staat bent om de tendering te doen. Jij hebt goede
contacten met Danny en misschien kun je wat regelen, Ik was toen al van plan om
te stoppen in de winkel omdat ik een aanbod had gehad om naar Egypte te gaan en
een duikschool op te starten. Ik dacht: waarom niet? Je had toendertijd geen
gezin, dus dan kan je nog een gokje wagen. Dus zo gezegd, zo gedaan. Ik had al
lucht gekregen dat zoiets stond te gebeuren want meestal- dat was de ellende met
die bevoorrading- werden we cash aan boord betaald. Je bracht er olie naar toe,
je wachtte tot iemand vanuit Engeland kwam met het geld ( kan je nagaan hoe
slecht het georganiseerd was). Dan kwam er een speed bootje of zo om het geld te
brengen- dat kostte ook weer vijftig pond- wij wachten op het geld en als dat er
was konden we terug. Want wij hebben een affaire gehad dat er met cheques werd
betaald en die cheques waren niet gedekt,.
Dus op een gegeven moment hadden we dertig tot veertig duizend gulden uitstaan
die achteraf niet gedekt bleken te zijn. Dat was een hele nare geschiedenis en
toen hebben we gezegd dat we niet meer gingen en op het moment dat de hele zaak
stagneerde kwam er een dame uit Engeland naar Nederland overvliegen. Dat bleek
de vriendin van Tom Anderson te zijn en zij opende haar tasje en daar kwamen
mooie Nederlandse flappen uit. Dus toen dacht ik: daar komt iemand uit Engeland
naar Nederland vliegen. En dat geld komt uit Nederland.
Typisch organisatie Ronan! En toen had ik al het vermoeden dat er binnenkort een
Nederlandse organisatie zou komen.
Leen:
Dus toen Fred zei dat er binnenkort een Nederlandse organisatie zou komen toen
dacht ik al dat hij niet stond te liegen, dat zit wel goed. De eerste ontmoeting
om de zaak door te spreken was bij Fred Bolland. Ik dacht bij mezelf: tja, ik
kan die tendering wel gaan doen maar dan word ik weer opgescheept met al het
vuile werk; ik wil eigenlijk weleens aan boord zitten. Ik had dat altijd al
gewild, maar nooit tijd voor gehad. Dus ik zeg tegen Fred: bij deze solliciteer
ik graag naar diskjockey. Ja, zegt Fred, maar jouw capaciteiten liggen toch
eigenlijk bij het organiseren en het tender werk. Ik heb toch liever dat je dat
doet. En in noodgevallen kan je nog altijd diskjockey worden. Het maakte mij
eigenlijk ook niet uit, dus heb ik toch maar het tenderwerk gedaan, tenslotte
moet iemand dat op zich nemen. Ik werd dus aangenomen in vaste dienst en kreeg
in eerste instantie ( ik werkte nog bij mijn vader in de zaak) honderd gulden
per dag dat ik in de weer was voor Monique, plus de onkostenvergoeding, dat was
dus netjes geregeld. Ik diende gewoon een onkostennota in en werd netjes
betaald. Aanvankelijk was afgesproken dat iedereen een weeksalaris kreeg van
zeshonderd vijftig gulden bruto; je moest een eigen bedrijf oprichten en je kon
doen met je geld wat je wilde. Tja, dat is niet zo slecht zes en een half per
week maal vier is zesentwintig honderd gulden bruto, dat is geen vetpot maar het
kan; het is je hobby en je houdt er wat aan over.
Twee weken later werd het zeshonderd gulden, want ja Nico Volker had
eigenlijk salarissen beloofd die veel te hoog lagen. Maar ja, Fred had nog
altijd gezegd dat hij het project had opgezet uit commerciële overwegingen. Het
was hem het om het geld te doen. Zodra het fout zou gaan of niet meer rendabel
zou zijn, dan zou hij stoppen. Nou, dat klonk goed en zakelijk in de oren. Al
die ellende met Van Dam, dan denk je dat is een hele opluchting in de zeezender
wereld. Eindelijk iemand waarbij het verstand zegeviert in plaats van emotie.
Nou we zagen natuurlijk allemaal in dat het na verloop van tijd het de slechte
kant opging. Zeshonderd gulden werd vijfhonderd gulden en in april van 1985 werd
er gezegd dat het niet best ging en dat de financiers de kraan aan het
dichtdraaien waren. Je weet dat zo’n radiozender een jaar moet draaien voordat
het geld echt binnenkomt.
Het enige wat we kunnen doen doen is dat we allemaal er op salaris op achteruit
gaan.. We stemmen daarin toe en als het goed gaat krijg je het geld weer terug,
aldus Fred.
Ja, de meesten zagen dat toen wel zitten, dus van april 1985 tot aan maart 1986
heeft iedereen op vijftienhonderd gulden gezeten. Kun je nagaan: Bruto! Een
hongerloontje was het. Maar… met de vermelding dat als het weer goed ging
iederen weer zijn duizend gulden terugkreeg. Dan zou iedereen weer op
vijfentwintig honderd gulden gezet worden. Toen bleek dat een aantal diskjockeys
probeerden er onder uit te komen, die zaten namelijk meer aan land dan op zee.
Maarten de Jong om maar meteen de naam te noemen. Ron West en Walter Simons
konden altijd aan boord zitten en met name Maarten de Jong had altijd
verplichtingen of moest er altijd af. Toen is er gezegd dat degenen die aan
boord zitten gewoon honderd gulden per dag krijgen en de degenen die aan land
zitten kregen bijna niks. Zo werd het geregeld: je hebt jezelf er mee als je
niet aan boord zit. Makkelijk zat. Naderhand is het allemaal afgetakeld
naar vijf tientjes per dag en die bevoorrading in mijn persoontje zou
vijfentwintig honderd gulden per maand krijgen, maar daarvoor was ik dan wel
zeven dagen in de week 24 uur per dag oproepbaar. Je bent de beste weerman van
de wereld want je weet het weerbericht van Frankrijk, België en Nederland.
Je combineert en vergelijkt en je kijkt wat de beste tijd is om te gaan. Je moet
alles in de gaten houden en dus geen afspraken maken met andere mensen. Ik heb
het gehad dat ik vier keer met iemand een afspraak maakte en vier keer ging het
niet door want ik moest zo nodig iets voor Monique doen. En het laatste half
jaar was de Windy erbij ( de boot die de organisatie had aangekocht) en daarvan
werd verondersteld dat ik vrij duur was en ik maar naar Duinkerken moest gaan om
aan die boot te sleutelen. En ik moest dan ook maar op die boot gaan slapen! Er
was dan wel verwarming maar zeer provisorisch. Ik zat gewoon drie of vier dagen
in Duinkerken en dan bracht Fred wel de mensen en dan kon ik gaan varen. Dan
kwamen de mensen terug en die bracht ik dan ook naar thuis. Vaak was ik dus drie
of vier dagen in de weer.
Rob: Niet te doen he?
Leen: Nee, alle beloftes die meneer Bolland heeft gemaakt zijn niet uitgekomen!
Alhoewel, Fred in zijn soort heb ik niets op tegen, het is een prima kerel maar
zijn vrouw deugt niet voor dit werk. Misschien ergens anders voor, want ik heb
persoonlijk de indruk dat het beter was geweest als ze zich had ingezet voor het
zieken verplegend gedoe want daar kwam ze uit en daar zal ze ongetwijfeld in
thuis horen en goed in hebben verdiend.
Maar ze wilde dolgraag met die tender trip mee en ze moest zo nodig met Fredje
mee, want die vertrouwde ze niet. Fredje liep weleens te rotsooien met Anita van
Nico Stevens en dat had ze door en overal waar Fred naar toe ging wilde ze hem
controleren. En dat is volgens mij ook de diepgaande reden waarom ze ook gestopt
is met werken.
Als Fred zegt: onder geen voorwaarde vind ik dat Gerda ook moet werken bij de
organisatie want dat is allemaal niks want het is beter als je alle twee apart
werkt, een aparte job hebt. Wie schetst mijn verbazing toen zij haar baan had
opgezegd: Gerda gaat de administratie doen!
Rob: Ze is daar ontslagen?
Leen: Nee, ze heeft ontslag genomen. Ze heeft een brief gekregen dat ze anders
ontslagen zou worden, maar ze heeft de eer aan zichzelf gehouden en heeft
ontslag genomen. Gedwongen ontslag!
Rob: Kan je iets vertellen over de financiers? Ik hoorde dat onder andere Topics
financierde. Een hoofdredacteur daar. Topics is een blad in België, ongeveer het
kaliber van Elsevier. Wat rechts behoudend!
Leen: Over de financiers is men altijd heel duister geweest, ik weet wel dat
Fred mij altijd vertelde dat het geld uit Amerika moest komen. Er waren altijd
problemen met geld, het was er nooit op tijd. Als ik dus een trip plande omdat
het weer bijvoorbeeld van donderdag middag tot vrijdagavond goed was, je dan
toch moest gaan alhoewel het geld er niet was. Je doet over zo’n tocht toch ruim
30 uur. Heel vervelend dat het geld er dan te elfder ure aankwam. En dan werd er
altijd gezegd dat het geld uit Amerika moest komen, dan gaat het naar
Liechtenstein, dan naar Zwitserland en via Zwitserland naar België en dan komt
het naar ons toe.
Rob: Er werd dus gesuggereerd dat het Amerikaanse financiers zouden zijn?
Leen: Van Nico Volker en Gerard van de Beelen ( zeg maar de Belgische eigenaar
van de echte radio Monique) hoorde ik dat Van der Berg van Topics Magazine de
man is geweest die er achter zat. Die schijnt dus geld voor promotie doeleinden
te hebben gehad van Topics en heeft het op zijn eigen manier besteed.
Rob: die Van den Berg is toen ontslagen bij Topics.
Leen: Ja, dat heb ik gehoord. Dat Monique gedoe werd toch niet zo gewaardeerd.
Rob: Misschien nog even leuk om het verhaal te vertellen van die twee Hollanders
die ook meegingen op een boottocht en die over hun nek gingen? Dat was Jan Smit
en nog een vriend…
Leen: Oh ja, we gingen op een bootreis en we kregen twee excentrieke figuren me.
Excentriek in die zin dat ze anders zijn dan de doorsnee burger, wel zijn ze
aardig. Kees was een soort afgestudeerde monnik, die veel afwist van het geloof,
die tot mijn grote verbazing op een bootreis meeging om een piraat te
bezichtigen. Dat was in feite tegen zijn principes in. En Jan was een rasechte
zeezender fanaat: Hilversum 3 was klote en kut.Je kent dat allemaal wel. Die
twee, dat was een komisch stel. De terugreis nadat we waren vertrokken van de
Ross was weer vrij woelig en Jan ligt daar in de woonkamer van het schip op een
bank te slapen en die Jan wordt na een tijd niet zo lekker. Kees die ligt daar
op de vloer zeg maar en daar tussen Jan en Kees staat gewoon een tafel waar je
aan kan eten en drinken. Zo’n tafel met een opstaande rand maar er zitten
hier en daar ook gleufjes tussen om eventueel kruimeltjes en zo van de tafel te
vegen. Enfin, Jan wordt een beetje onwel. Pakt een van de bekende Vingerling
zakken, doet zijn gebitje uit en kotst de hele zak vol. Dus ja, dat komt vaker
voor. Jan gaat weer liggen, maar op een gegeven moment komt Jan tot de
ontdekking dat nog niet alles er uit is, maar hij kan de plastic zak nergens
vinden. Dus Jan zit zo met zijn hand voor zijn mond en ja,.geen plastic zak maar
het moet er toch uit! Dus dan maar op de grote tafel. Dus een streep van kots
over die tafel heen, anderhalve meter kots. En ik heb je al verteld over die
opstaande randjes met die kiertjes … en omdat die boot beweegt door de deining
drijft al dat kots naar achteren en Kees die ligt aan de achterkant van die
tafel en dat kots dat drijft zo naar achterkant van de tafel en dat druppelt zo
als een soort stroop boven op Kees zijn bril… en Kees die wordt wakker en ziet
al die kots op zijn bril komen en naast zich op zijn schouder en luchtbedje en
Kees zegt heel droogjes tegen Jan: “zeg Jan, dat vind ik toch niet zo’n geslaagd
idee van je hoor”. Nou toen hebben we werkelijk blauw gelegen. Maar ja,
aan het eind van het verhaal is het wel zo dat Kootje de Boswachter die troep
kan gaan opruimen.
Rob: Er zijn heel wat vreemde figuren op die tocht mee geweest is het niet?
Advocaten, analfabeten en blinden…
Leen: Ja, ik ben geen socioloog, maar in feite zou er een diepgaande studie
moeten komen naar het profiel van een zeezender luisteraar.
Wat voor iemand is dat? En dan kom je tot de ontdekking dat zoiets toch in alle
lagen van de bevolking voorkomt. Maar… toch het meest bij de – wat zal ik
zeggen- wat minder sociale lagen van de bevolking.
Het zijn bijzonder aardige mensen maar ze hebben toch wat geestelijke
tekortkomingen. En zo heb ik van SMC die veelal van die mensen werft heb ik wel
heel wat patiënt mee gekregen. Olthof spreekt vaak over bobo’s. Een leuk
gehanteerde term voor niet geheel geestelijk en lichamelijk in orde zijnde
patientjes.
Ik heb een keer een patiënt mee gehad – hij was echt een patiënt- die geestelijk
gestoord was en die zat de hele bootreis met zijn duim in zijn mond. Hij heette
Fred en hij had zijn begeleider meegenomen. En toen we bij Caroline aankwamen
zei die begeleider tegen die jongen:
“Kijk een Fred, mooi schip he?”en die jongen die antwoordde: “Jeu jeu, Correlien
Correlien”. En dat was het enige wat die jongen kon zeggen: “Jeu jeu, Correlien
Correlien. En het kwijl droop van zijn gezicht af. We hebben ook weleens iemand
gehad die verder niet afwijkend was maar een probleem met zijn spraak had. Als
hij spreekt, gaat hij stotteren, gaat met zijn ogen knipperen en slaat zichzelf
op zijn hoofd en dan komt er pas een zin uit. En die meneer die is meegeweest op
een boottrip en hij zat in de stuurhut bij de schipper. En in de stuurhut waren
gordijntjes langs een roetje. Dus elke keer als de boot in de golven dook dan
gingen die gordijntjes langs het roetje. Dus elke keer als die gordijntjes naar
voren waren gegaan pakte hij dat gordijntje met zijn handen beet en als
stotterend en stumperend trok hij die gordijntjes naar achteren. Die schipper
stond natuurlijk zeven uur aan het roer, dus die hoorde zeven uur dat soort
geluiden en die is echt bijna gek van geworden. Hij heeft toen tegen mij
gezegd dat als die knaap nog een keer zou meegaan, dan moet hij maar ergens
anders gaan slapen of zo, want anders komen er tralies voor want dit houdt hij
niet uit.
Rob: Maar de mooiste trip is de Ramsgate trip geweest?
Leen: Meneer Van de Ark en Theo Tromp zijn ook mee geweest op de Ramsgate tocht.
Dat was een bootreis waarvan de weersvoor-
spellingen zeiden dat het zondag windkracht acht zou worden. We voeren
vrijdagavond uit dus we dachten dat we het wel zouden redden. Marjo- mijn vrouw-
en Ron West zaten aan boord van de Ross Revenge ( toen was er nog geen Monique
maar alleen Caroline) en zij moesten van boord gehaald worden, want ze moesten
aan land weer aan het werk. Dus de drang om uit te varen was erg groot. We
verlaten Nieuwpoort, het licht flikkert dus dat betekent dat er meer dan
windkracht vier staat en halverwege- we waren nog geen uur aan het varen-
slaat een van de ruitjes in de stuurhut kapot. De golven komen er overheen dus
de motor wordt stilgelegd en provisorisch wordt met hout dat ruitje gerepareerd.
Maar tja, de helft was al ziek. Meneer van der Ark achter het stuur, toen op een
gegeven moment koersen we weer op de kust aan en ja wat toen? Doorvaren maar.
Dan volgt de klassieke uitdrukking van Danny altijd: “en meneer de Boswachter,
wat gaan we doen?”. Dan zei ik altijd: “Ja, maar doorvaren naar het bos”. Want
ik wist nooit van opgeven, in het bos kan het weer goed zijn. Maar het weer werd
slechter en slechter, iedereen aan het kotsen en ziek: niemand was meer in orde,
zelfs ik moest het loodje leggen. Toen besloten we maar uit te wijken naar
Ramsgate… we komen daar binnen in Ramsgate… ik denk dat we wel 12 of 14 uur
hadden gevaren en niemand had meer gegeten… en een pokke herrie aan boord, dus
eindelijk aangelegd en toen wijn we in Ramsgate een kopje koffie gaan drinken en
een beetje gaan eten. In Ramsgate hebben we twee dagen gelegen voordat we naar
de Ross konden. Maar het zijn achteraf de leukste dagen geweest. Want we hadden
eten meegenomen voor de jongens aan boord, al het bederfelijke eten zoals eieren
en spek hebben we zelf maar opgemaakt en we hebben dus aan boord eitjes en
bacon lopen bakken. Maar ja, iedereen zag er natuurlijk uit als een
boeventronie. Ongeschoren, niet gewassen, dus toen we aankwamen in Ramsgate
leken we wel een boevenbende. Het mooiste was toen we echt weer veilig in de
haven terugwaren en in Breda een kop koffie dronken in een wegrestaurant langs
de snelweg. Nou, de mensen hadden het niet meer van de lucht.
Vijftien man gingen zitten om een grote tafel en je zag de mensen echt kijken
van wat dat nou voor een volk is. Die gingen echt een tafeltje verderop zitten.
Rob: Daar was Jan de Wit ook bij, nietwaar Leen?
Leen: Ja, die heeft misschien de drie keer vierentwintig uur die het geduurd
heeft zeker twee keer vierentwintig uur zijn radio tegen zijn oor zitten houden.
En we hebben Samantha Dubois, alias Ellen Kraal meegenomen. Godverdomme zei ze
steeds.
Rob: Er was ook nog een moment aan boord dat er flink geneukt moest worden,
aldus Ellen. Kan je daar nog iets meer over vertellen?
Leen: Ellen hadden we een plaatsje toebedacht in het achteronder van het schip.
Daar waren normaal gesproken vier slaapplaatsen verdeeld over twee ruimtes. Mijn
vrouw en ik sliepen dan in de ene ruimte en in het andere hokje sliepen dan Rob
en Theo ( goede kameraden van elkaar) en Ellen. Nou, ze kenden elkaar allemaal.
Geen probleem, het was in september dat we die beruchte tocht hadden,maar het
was vrij warm.
Dus Theo sliep in zijn slip, Rob van de Ark sliep ook in zijn slip, maar Ellen
die had het koud, die lag daar met een bontmanteltje over haar heen. Op een
zeker moment ( ik moest even naar boven, ik ging even kijken of alles goed ging)
ik liep langs Rob van de Ark en die lag zo lekker te kwijlen en geluiden te
maken, afijn, Ellen komt ook naar boven en zij zegt tegen Danny: Godverdomme, ik
moet eens flink geneukt worden. En Willy, die daar lag te slapen, doet zijn ogen
open, draait zich om en slaat een deken over zich heen en slaat zich nu nog voor
zijn hoofd dat hij toen niet in actie is gekomen. Danny was ook helemaal
verbouwereerd; kijkt opzij en gaat door met varen. Ellen weer weg. Maar ik weet
zeker dat als ze hadden gezegd: “Ja kom maar, wij willen wel even een wipje
doen” dat er een wipje zou worden gedaan.
Rob, commercieel als altijd: Ja ja, dat had wel leuk geweest voor een video
filmpje.
Leen: Over video filmpjes gesproken. Het was altijd vaste prik aan boord van de
Ross dat als men het schip gezien heeft, dat de organisatie zich even terugtrekt
in de messroom en dat dan op een onverklaarbare wijze toch weer wat delicate en
pikante films vertoond worden. Zeer amusant, zelfs advocaten kijken er naar.
Ik heb een keer een stel mee gehad: dat waren twee Belgen en ding gingen een
week later trouwen en die hadden volgens mij elkaar nog nooit uitgekleed gezien.
Die zaten op de bank en we zetten zo’n hard porno gedoe op…ze zijn niet meer van
de bank afgeweest terwijl een ieder weleens naar de WC of wat anders gaat doen,
maar die Belgen hebben anderhalf uur porno zitten kijken. Ongelooflijk. Ze
konden kiezen uit een James Bond film of wat harde porno. Het kwam eigenlijk zo:
Ze willen graag iets zien over het schip, er waren documentaires over Caroline,
dus wij douwen er zo’n cassette in de vhs speler waarop “Caroline”staat.
Dat ding draait een half uur, nee zeg… is het afgelopen… Porno! Dus tja, Rob, ik
en Theo waren we( die organiseren dat meestal) dus die videoband die loopt en al
die documentaires over zeezenders zijn afgelopen… en dan zie je opeens op de
band een paar… eh… gelik en gevrij, je kent dat wel. Dus niemand was weg te
slaan uit de messroom en er kwamen steeds meer mensen bij. Dus toen hadden we
wel in de gaten dat het toch wel veel volk trok, dus als men zich ging vervelen
dan zetten we nog even zo’n filmpje op en dat heeft meer succes dan een film van
James Bond hoor.
Rob: Je moet even iets melden over de mensen die meer dan vijfentwintig keer
zijn mee geweest.
Leen:
Ja, Rob van de Ark en Theo Tromp zijn eigenlijk de jongens die bijna net zo lang
mee lopen als ik. Ik kan me herinneren dat in februari ’84 of ’85 Theo Tromp
hoognodig mee moest. Hij had ook een kameraad en dat bleek dan Rob van de Ark te
zijn. Het was een helse tocht, want we gingen weg met noordooster wind (dat doen
we ook nooit meer) dus dat was allemaal kotsen geblazen daar en sindsdien zijn
die jongens niet meer weg te slaan van de bootreisjes. Rob en Theo hebben veel
meegeholpen met het vervoer van Anoraks, eten inslaan
( dat hebben we trouwens ook de hele tijd gedaan). Toen het heel slecht ging met
Caroline en er dus geen eten kwam heb ik aan iedereen die meeging met een
bootreis gevraagd om wat mee te nemen, broodbeleg bijvoorbeeld. We worden altijd
heel vriendelijk ontvangen aan boord dus neem alsjeblieft wat mee. Nou, dat
selecteerde ik dan en zei: Als jij nou koffie en thee meeneemt, dan neemt een
ander wel weer de bloemkolen en de ketchup mee. Dus dat hebben we ruim een half
jaar volgehouden. Men zegt tot de dag van vandaag dat als de Nederlandse Anoraks
er niet geweest waren, als dat niet van Nederlandse zijde was georganiseerd,
Caroline al in een vroeg stadium dood was geweest. Want het was wel voor
vijfhonderd, zeshonderd gulden aan eten wat er meeging. Toen hadden ze alleen
nog Caroline dus het was voor zo’n tien man eten, dan haal je dat wel hoor.
Rob: Ad Bouman, die is toch ook nog mee geweest naar de Ross Revenge?
Leen: Ja, Ad Bouman was er samen met Ger Loogman. Snelle jongens en ik dacht
dat die Ad Bouman wat ervaring had, want die had bij Radio Veronica gezeten. We
kwamen daar aan, en het was pokken weer, met windkracht noordoost vijf. En er
waren golven van wel twee meter hoog. Maar ja, er moest olie gepompt worden, dus
wat deden we? We legden gewoon dat bootje achter de Ross Revenge en we werkten
met slangen. Maar ja, Adje Bouman wilde ook dat schip zien, dus we moesten
langszij komen. Nou, dat deden we dan met de rubberboot.
Dus werd Adje Bouman eerst in de rubberboot gehesen. Maar er lag er ook nog een
Engels bootje en we besloten op een bepaald moment Adje Bouman in dat Engelse
bootje te zetten. Er was echter een probleem want Ad had een spijkerbroek
aangetrokken van wellicht een kindermaatje. Hij kon rechtop staan, maar
bijvoorbeeld veertig graden doorbuigen dat ging niet meer. Het heeft drie
kwartier geduurd voordat hij aan boord kwam en hij is ook nog eens tussen de
Ross Revenge en dat Engelse bootje gevallen. Het had niet veel gescheeld of hij
was verpletterd. Ik schrok me dood hoe stijf die jongen was. Maar ja, hij is aan
boord geweest en hij vond het wel vrij interessant met Ger Loogman, de
platenplugger. Die hebben we toen later op de Communicator van Laser afgezet,
want daar was hij erg van gecharmeerd. Hij heeft nog wat plaatjes afgegeven en
gevraagd of ze die wat extra aandacht willen geven. Aardige jongen trouwens.
Rob: Je bent ook nog een keer bij Ronan geweest in Londen. Kun je daar iets van vertellen?
Leen: Tja, Ronan, die wilde me wel eens een keer zien. Ik had twee jaar voor hem bevoorraad en hem veel aan de telefoon gehad. Maar ja, hij had me nooit in levende lijve gezien behalve van foto’s. Ik zou door Tim worden opgehaald. Tim bracht me vervolgens naar een cafeetje. Daar zou het gesprek plaatsvinden. Het gesprek ging over Loving Awareness en ik heb gezegd dat ik daar niet van gediend was en dat het een hoop shit was en dat ik mijn tijd niet verder wilde verdoen aan dat soort flauwe kul. Toen was dit onderwerp snel afgelopen. Ik heb daarna nog ruim twee uur met hem gesproken. Ronan is een man die gewoon buiten de werkelijkheid leeft, maar het slim bekijkt. Op een bepaalde manier een hoop mensen door zijn babbeltje over ‘Loving Awarenss’ trachtte te beïnvloeden; het geld in zijn zak stak en dan maar hoopte dat je voor hem werkte. Maar dat gold niet voor iedereen. Er waren bij Caroline een hoop mensen met zwakke karakters, daarom waren die jongens weer elke keer terug op de boot. Johnny Lewis bijvoorbeeld heeft een bijzonder zwak karakter, hij heeft veertien dagen bij mij gelogeerd en Ronan belde wel zes of zeven keer op om hem te vertellen dat hij toch de man was aan boord. En Johnnie had gezegd dat hij nooit meer terug zou gaan naar die rot boot. Ronan belde hem op en hij sprak nog geen vier minuten met Ronan. Hij hing vervolgens op en kwam naar beneden en zei: “Ja, ik ga maar weer terug hè?”. Toen viel ik echt van verbazing uit mijn stoel. Ronan kon in vier minuten iemand helemaal ompraten die helemaal honderd procent tegen de praktijken was van Ronan, die tegen de praktijken was van Caroline. Dat kwam gewoon omdat de meesten een zwak karakter hebben.
Rob: Kan je dat vergelijken met een bepaalde vorm van labiliteit wat ook de Hollanders aan boord hadden?
Leen: Ja, labiel. Labiel is echt gevaarlijk. Een zwak karakter hebben wil zeggen dat iemand je gemakkelijk kan bepraten en ompraten omdat hij niet zo’n sterkte eigen wil heeft. De bekende blaadjes aan de boom. Als de wind uit het oosten waait, dan staat het blaadje de andere kant op dan wanneer die uit het zuiden waait. Maar de Monique mensen die hadden allemaal wel een ‘egootje’. Ze wilden zichzelf graag horen op de radio. Dat is wel een goede eigenschap van een diskjockey, anders word je het niet. Sommigen waren wel aan de labiele kant. Ik ken een paar namen van mensen noemen, zoals Walter Simons, die waren erg gedecideerd, die wisten wat ze deden. Ferry Eden bijvoorbeeld, je kunt zeggen wat je wilt maar wat dat betreft, als hij een standpunt innam was hij eerlijk en hij liet ook niet gras over zich groeien. Ad Roberts: de vriendelijkheid zelve, maar volgens mij kon Ad geen vuist maken. Hij is een goede aardige jongen. Gert van der Zee, dat vond ik echt een probleem geval. Bijzonder sympathieke jongen maar gemakkelijk te bepraten. Als Gert tegen je zei: ‘Ik ga niet meer terug naar het schip’, maar ze stonden voor hem en ze beloofden allemaal mooie dingen, dan ging hij toch. Dat bedoel ik dan, dan ben je te meegaand.
Rob: Dat heb je natuurlijk ook met onze politicus van destijds binnen het Moniqueteam.
Leen: Doctorandus Wim de Valk. Inderdaad. Ieder voor zich moet natuurlijk maar beslissen wat die doet, maar ik had niet gedacht dat – het is nu augustus 1986 - dat die nog terug zou komen. Maar het schijnt dat er tegemoetkomingen voor hem zijn geregeld, waardoor hij heeft gezegd: ik ga toch.
Rob: Op een gegeven moment ben je gestopt met je werk voor Radio Monique, je bent gestopt met het bevoorraden. Fred is het gaan doen, bracht er dus uiteraard weer niets van terecht en dan staan er opeens mensen in Duinkerken, wil je daar nog iets over vertellen?
Leen: Ja, tot mijn stomme verbazing werd er tegen mij gezegd dat er geen geld meer is. Men kon me niet meer garanderen dat ik salaris zou krijgen. Dat was de eerste keer in een periode van anderhalf jaar dat men dat dan eerlijk toegaf. Dus ik wist waar ik aan toe was. Ik ben dus ook gestopt: er was dus ook geen andere oplossing. Fred heeft toen gezegd dat hij niet wist hoe het allemaal geregeld moest worden, maar dat hij het bevoorraden voorlopig zou doen. Na een tripje stonden mensen in Duinkerken. Fred had ze geld meegeven voor de treinreis naar Nederland. Fred had zoals gebruikelijk een denkfout gemaakt. Reizen vanaf Duinkerken naar Nederland, dat doe je niet in een halve dag. Daar doe je echt een hele dag over omdat het internationaal is. Die jongens die kwamen ’s avonds aan en toen bleek dat er vanuit Frankrijk geen trein meer ging richting België. Dus ja, dan moest men overnachten, dus dat geld wat die jongens hadden meegekregen werd gebruikt voor de overnachting. En toen was het geld op. OK, dus hadden ze misschien tot Gent kunnen komen maar verder toch niet. Vervolgens ben ik ’s nachts opgebeld en heb het maar zo geregeld dat ik ze ben gaan ophalen, want meneer Bolland was nergens te bereiken. Die zal wel weer ergens aan de Kaagse Plassen hebben gezeten.
Rob: Die zat weer met zijn luie reet in een boot.
Leen: Nou ja, in ieder geval was hij dat weekend niet bereikbaar en ik ben nog zo sociaal dat ik toen die jongens heb opgehaald.
Rob: Dat was natuurlijk wel een schandalige situatie.
Leen: Dat was het ook en die jongens hebben nooit een excuus aangeboden gekregen en dat was dan ook het hele probleem met Fred en Gerda. Er zat niets, maar dan ook niets menselijks bij. Je leek wel een schaakstuk. Er was een groot bord en daar stonden allemaal stenen op en zij bepaalden gewoon hoe de stenen gezet werden. Hoe er geschaakt werd en aan wie je gekoppeld werd. En je hoefde niet te denken dat er ooit eens geïnformeerd werd of je het naar je zin had gehad. Of dat er bepaalde dingen zus of zo konden worden gedaan of dat er een opmerking kwam in de zin van ‘wat jammer dat het allemaal zo gelopen was’. Nee, helemaal niets. Ze probeerden altijd het gelijk aan hun kant te krijgen en vooral Gerda was ‘a pain in the ass’.
Rob: Er bleken enorme schulden te zijn en er werd gezegd dat wanneer de leiding van Monique alle schulden had moeten betalen er al vrij snel sprake was geweest van een faillissement. Kun je daar eens een boekje over opendoen?
Leen: Klopt helemaal. Ik denk dat de salariskosten die uitstonden, de onkosten die dus gemaakt waren voor de salarissen die uitbetaald moesten worden, zo tussen de dertig en veertig duizend gulden waren en dat geld was niet een twee drie beschikbaar. Dus als dat destijds direct werd opgeëist dan was Monique failliet gegaan. En dat betalen werd maar uitgesteld en uitgesteld en de vooruitzichten werden aldoor maar beter, werd er gezegd. En iedereen zou in mei 1986 worden uitbetaald en het is nu bijna september en nog zijn alle salarissen niet betaald. Maar nu gaan we wel weer de herfst in. Het is gewoon gebleken dat Fred het niet kan. Fred is teveel freak en nu wordt er tegen de jongens die met hem meegaan gezegd: tja god, je weet toch allemaal hoe het gaat en het is toch ook voor de leut en de lol. We zijn toch allemaal freaks? Maar Fred gaat voorbij aan zijn eigen doelstelling: een jaar geleden zei hij dat hij het voor de keiharde business deed. Ik heb schade geleden aan Radio Paradijs en ik wil nu het geld terugverdienen en dus waar ik het vandaan haal is mij een zorg, maar aan Radio Monique wil ik geld verdienen. En dat verklaart voor mij ook grotendeels het feit dat er niets voor handen is. Er is ergens een tekort van een paar ton. En dat zit in Zwitserland natuurlijk bij een bank. Waar het zit weet ik natuurlijk niet officieel, ik suggereer alleen maar. De enige uitspraak van Bolland die tegen een van de vrouwen van de diskjockeys, waar ik nog goed mee bevriend was, zei: “Ik heb grote missers gemaakt met andere zeezenderprojecten, nu ben ik met Radio Monique bezig. Ik verdien het geld terug. Hoe en wat en waar zal me een zorg zijn. Ik moet er geld aan overhouden. En er is geld tekort. En Ronan klaagt dat hij niet zoveel geld heeft gehad als er is toegezegd. Dus waar is een aantal ton guldens gebleven?
Rob: Monique heeft, toen men vanaf de Ross Revenge van start ging, een bepaalde som moeten betalen. Ik dacht een honderd vijftig duizend gulden deposito en daarna een huur van een ton per maand?
Leen: Zoveel is het nooit geweest. Het was eerst vijfenvijftig duizend gulden en dat kon ome Fred niet meer opbrengen en toen is overeengekomen dat de tenderkosten zouden worden vergoed en als er geld over was zou dat ook worden betaald als tegemoetkoming in de huur. Fred heeft toen direct gezegd dat de totale tenderkosten vijfenvijftig duizend gulden waren. Toen dus die olieprijzen gingen zakken kwam hij redelijk in de knel. Zodoende is een paar keer het geld van de dominees naar Engeland gegaan, dat kwam dus niet terecht bij Fred. Maar Ronan had natuurlijk recht op dat geld. Wat heeft het voor Ronan voor zin om een station op zee te hebben waar je zelf niets aan verdient? Hij heeft toch de verantwoording ervoor, hij moet mensen afbetalen en het is natuurlijk wel leuk dat het blijft draaien. Iedereen vraagt om geld en het kost geld maar Ronan zou niks krijgen. Dat kan dus niet.
Rob: Maar vervolgens was het dus zo dat het geld van de dominees rechtstreeks bij Ronan terecht komt?
Leen: Niet altijd, het geld van de Engelse dominees kwam bij Ronan terecht en van de Nederlandse dominees kwam terecht bij Fred. Maar het is twee of drie keer niet gebeurd en dan loopt Fred te kankeren maar ja, dat soort dingen, gebeurden. Er was altijd wel wat. Bijvoorbeeld dat er nog een ton uitstond bij de adverteerders, die nog niet betaald hadden. Ja, je weet dat zoiets problemen oplevert dat is in het bedrijfsleven ook zo. Kortom, Fred is niet zakelijk genoeg en het geld wordt uitgegeven voordat het er is. Voorbeeld: een van de acquisiteurs ging op vakantie. Die acquisiteur zorgde voor een behoorlijk inkomen van de financiën. Aan het begin van zijn vakantie wordt ontzettend veel geld door ome Fred uitgegeven aan het opknappen van de Windy (de nieuwe eigen tender) en dan was er vier dagen later geen geld. Maar de acquisiteur was nog wel twee en een halve week weg, dus alles weer in de problemen. Dan plan je toch niet? Dan ben je toch niet capabel?
Rob: Waarom is die Windy eigenlijk aangekocht, terwijl eer een goede tender was?
Leen: De Windy is aangekocht vanwege de problemen met de bevoorrading toen de D.T.I een boot had neergelegd tussen het Caroline zendschip en die van Laser. De Guardline Tracker en daarvoor de Dioptric Surveyor. De mensen aan boord van die schepen hielden de boel vierentwintig uur per etmaal in de gaten. We konden met de eerste boot aardig bevoorraden, zij het dan dat het dat wel ’s nachts gebeurde zonder lichten en met mistig weer. Dit door gewoon naast de Ross Revenge te gaan liggen en aan de andere kant dan maar wachten tot die andere boot kwam en dan gauw wegwezen. Dat heeft allemaal wel een paar keer succes gehad. Dat ging fout op het moment dat in België ambtenaren van de opsporingsdienst op de kade stonden. De schipper van de tender is toen behoorlijk geschrokken en stelde dat hij met het bevoorraden van beide zendschepen zou stoppen. Vervolgens moesten we dus naar andere mogelijkheden uitkijken. Er is toen in allerijl een kotter opgekocht in Arnemuiden en verplaatst naar Nieuwpoort en daar is de nieuwe tender vervolgens opgeknapt. Maar ja, daar is ook weer voor vijftig zestig duizend gulden aan onkosten aan opgegaan. En dan is er nog de officiële tender, die wordt nog steeds verder opgeknapt. En in feite is die tender veel te duur gekocht.
Rob: Het is eigenlijk niet een geschikte tender om mensen mee te vervoeren.
Leen: Mensen niet maar ja, elke boot stinkt natuurlijk wel. Mensen kunnen er tegen, maar niet tegen windkracht vijf. De Windy zal niet kapot gaan als het windkracht zeven is, maar het is geen comfortabele boot. Je kunt beter op die andere boot varen, dan ben je absoluut safer dan op de Windy.
Rob: Wil je op dit moment nog iets kwijt Leen?
Leen: Ik denk dat het meeste wel de revue is gepasseerd.
Rob: een laatste vraag dan misschien: hoe lang denk je dat Monique nog doorgaat, tenzij dat er een coupe komt?
Leen: Ik denk dat Radio Monique, onder leiding van Fred Bolland, misschien
nog hooguit een week of drie doorgaat. Misschien nog een maand, dus tot
september, en ik denk dat het daarna doorgaat maar onder leiding van anderen.
Maar dat is geen garantie voor succes, het is wel een garantie dat de gelden
beter besteed kunnen worden. Ik twijfel nogal aan Fred zijn uitgavenpatroon,
omdat hij vrij kwistig is en vaak verkeerd investeert.
Kijk in principe hoop ik dat het door blijft gaan, maar ik zie die hele
zeezenderij toch als een aflopende zaak.
Rob: Laser. Zie je daar nog wat in?
Leen: In principe zie ik niets meer succesvol worden. Ik zie nog wel schepen komen, maar ik zie niets succesvols. En onder succesvol versta ik dat alle medewerkers gewoon worden betaald en dat je er ook nog wat geld aan overhoudt. Dat vind ik succesvol.
Rob: Sealand, verwacht je daar wat van?
Leen: Nee, echt weer van die verhalen die verspreid worden maar toch niet
uitkomen.
En hiermee eindigt het interview gehouden bij Haagse Harrie in de studio (Rob
van de Ark, dezelfde die een aantal keren in de mast van de Ross Revenge is
geklommen om reparaties uit te voeren, die anderen niet aandurfden vanwege de
hoogte van de mast).
Rob: In het najaar van 1986 werd ik ’s avonds laat gebeld door een Belg.
Ik hoorde meteen aan zijn stem dat het geen Radio Caroline fan was. Zijn stem
was enigszins autoritair, kennelijk was de man gewend bevelen te geven. Hij
stelde zich voor als Joris de Bruyne.
Mijn echte naam is anders, noem mij maar Joris zei hij.
Hij had een onmiskenbaar Vlaams accent
Het gesprek ging als volgt:
Joris: Goede avond. U spreekt met Joris de Bruyne. Noem mij maar zo. Ik
wil graag wat inlichtingen hebben over uw boottochten.
Rob: Prima. Vraagt u maar.
Joris: Uw club SMC gaat regelmatig met fans naar Radio Caroline in de
Theemsmonding, nietwaar? Uw bootsman gaat met de mensen aan boord, bezoekt de
studio’s en de zendruimte en als iedereen uitgekeken is dat wordt een porno
filmpje gedraaid en buiten wordt dan olie overgepompt en voedsel binnengebracht,
nietwaar?
Rob: Dat klopt, dat kan ik niet ontkennen. Ik ben zelf 3x meegeweest en zo gaat
het inderdaad.
Joris: Ik werk in overheidsdienst, dat had u natuurlijk al begrepen.
Wij zitten ten aanzien van Radio Caroline en Laser met een aantal vragen en die
wil ik graag aan u voorleggen.
Rob: Gaat u gang.
Joris: Uw bootsman, reisleider van de fans is Leendert Vingerling, nietwaar?
Rob: Dat klopt.
Joris: De schippers zijn Danny en Willy en zij zitten aan boord van de Bellatrix
en de Windy nietwaar?
Rob: Dat klopt.
Joris: Wij zitten met een probleem. Heeft u voor u zelf het idee dat er op de
boottochten andere spullen meegaan dan olie en voedsel en dj’s?
Rob: Nee, absoluut niet. Ik weet waarop u doelt? U bedoelt drugs.
Joris: inderdaad.
Rob: Nee absoluut niet. Ik weet zeker dan Leendert niks met drugs te maken wil
hebben en bovendien: daar komen we de havens van Duinkerken en Nieuwpoort niet
mee uit. U weet natuurlijk dat er met infra rood kijkers naar ons gegluurd
wordt.
Joris. Ik weet daar alles van. Ik weet zelfs dat u op een dag gebeld bent in
1984 door een organisatie die het schip wilde huren zonder mensen mee te nemen.
(Ik hapte naar adem)
Rob: U heeft uw huiswerk goed gedaan.
Joris: Bij de overheid streven wij naar volledigheid.
Heeft uw weleens gehoord van de heer Fred Bolland?
Rob: Grapje zeker. Ik kwam al in de jaren zeventig bij hem in de zaak om
zeezender LP’s en EP’s te kopen. Fred is een aardige vent.
Joris: Kent u Henk Berg van de ondergrondse kerk?
Rob: Wel van naam, niet van gezicht.
Joris: Wij zijn geïnteresseerd in de persoon Bolland omdat hij contacten heeft
met wat duistere lui zoals Berg van Topics en Ray Anderson eigenaar van de
Communicator. De Communicator ligt voor de kust van Duinkerken te niksen en we
zijn bang dat de Communicator een soort overslaghaven is van drugs.
Rob: Daar weet ik niks van. Leendert zou zich hiermee nooit bezighouden, daar
steek ik mijn hand voor in het vuur. Ik weet dat Radio Monique belabberd draait,
daar moet dus bijna geld bij.
Joris: Heeft u weleens gehoord van de Waipuna maatschappij?
Rob: Nee, nooit van gehoord.
Joris: Waipuna charterde de Bellatrix van Bakker & Vaartjes uit Den Oever. De
Windy is namelijk helemaal niet geschikt om bij windkracht boven de vijf uit te
varen.
Rob: ja, dat heb ik gehoord van Leen.
Joris: OK, dan heb ik verder geen vragen aan u. O ja, wilt u aub uw mond houden
tegenover iedereen inzake dit telefoongesprek? Enne… uw foto’s die u in de kluis
heeft bij uw werkgever kunt u weer mee naar huis nemen.
Daarna werd de verbinding verbroken....
Enige jaren geleden ontving ik van een voor mij bekend persoon uit de
zeezenderwereld wat dossiers met informatie betreffende de MV Communicator
en de MV Ross Revenge, waarbij veel achtergrondinformatie over de destijds
actieve organisaties bloot kwam te liggen. Uit de bestudering van de stukken,
waaronder een lang proces verbaal, is ondermeer gebleken dat Fred Bolland op een
bepaald moment ook bij het zendschip Communicator, dat na Laser Hot Hits voor de
Ondergrondse Kerk gebruikt zou gaan worden, betrokken was.
In de voorafgaande afleveringen hebben wij gelezen dat Henk Berg, van de
onderneming ‘Topics’ uit de Monique organisatie werd gezet omdat ondermeer de
berichtgeving over ultra rechtse politiek niet aansloegen bij de luisteraars van
Radio Monique. Fred Bolland heeft altijd contact gehouden met Henk Berg. Deze
laatste was ook betrokken bij de organisatie ‘de ondergrondse kerk’. Na het
aflopen van de sterke jaren van Radio Monique eindigde het station als een
redelijke flop en wilde Fred Bolland op een andere manier weer wat centjes
verdienen met de verkoop van de MV Communicator. Dit voormalige zendschip van
beide Laser stations, die toen in Harwich lag, na de Laser Hot Hits flop van Ray
Anderson. Ook daar en op andere plekken werd Fred Bolland in de gaten gehouden.
Op een bepaald moment heeft het speciale recherche team ‘Zeezenders’, van de
Gemeentepolitie te water in Amsterdam Fred Bolland verhoord.
Fred Bolland gaf ondermeer de volgende verklaring uit: ik citeer: “Ik heb sinds
1984 geregeld contact gehouden met Henk Berg, ook nadat hij uit het Editop
project was gezet betreffende Radio Monique. Ik heb hem altijd op de hoogte
gehouden rond Radio Monique. Op een gegeven moment dat Henk bij het GAK liep en
wilde weer wat opstarten betreffende zijn bootproject. Hij vroeg mij om advies.
Ik heb hem toen twee mogelijkheden voorgehouden namelijk de Nannell en de
Communicator. Daarna heeft hij met Yates een aantal begrotingen gemaakt. Ik had
namelijk de vraagprijzen van zowel de Nannell als de Communicator medegedeeld.
Uiteindelijk koos hij voor de Communicator. Dat was meen ik december 1988. Tot
maart 1989 heb ik niets meer van hem vernomen; toen werd ik uitgenodigd voor een
bespreking in Uldingen aan de Bodensee”..
(Vervolgens volgde er een hoop geleuter in het proces verbaal).
Bolland werd uitgenodigd voor een bespreking van de Kerkstichting Ondergrondse
Kerk. ‘Daar waren ook aanwezig: Hans Braun voorzitter, Jan Bor van de
Nederlandse afdeling, een Zwitserse programmaker voor de Portugese programma’s,
Henk Berg, een Duitse vrouw, Daniel Yates en ik’, aldus Bolland. De organisatie
de Ondergrondse Kerk zou het Evangelie gaan verspreiden in Oost Europa. Het was
een organisatie die al 23 jaar bestond. De bedoeling was om vanaf de MV
Communicator de uitzendingen te gaan verzorgen gericht op de landen in het
toenmalige Oost Europa. De uitzendingen zouden goedkoper zijn dan de huurprijs
van de Luxemburgse en Portugese kortegolfzenders, die op dat moment door hen
gebruikt werden. De Communicator moest natuurlijk eerst weer zendklaar gemaakt
worden. En alles moest bovendien legaal gebeuren. Fred Bolland heeft tijdens de
vergadering betoogd dat de vraagprijs van Ray Anderson (die op dat moment nog
steeds eigenaar was van de Communicator) niet onredelijk was. De
vertegenwoordigers van de Ondergrondse Kerk trokken zich tijdens de vergadering
even terug om met elkaar te overleggen. Na de onderbreking werd besloten dat Jan
Bor met Fred Bolland zich zouden overtuigen van de legale status van het geheel.
Fred Bolland heeft toen staande de vergadering nog gemeld dat er enige haast bij
was omdat Ray Anderson met Paul Rusling in onderhandeling was over de overname
van de Communicator met als doel een project voor Zuid Afrika op te zetten.
Ray Anderson had dringend geld nodig in verband met zijn satelliet radiostation,
dat hij wilde opzetten. Als men tot koop wenste over te gaan, moest het snel
gebeuren. Met een financieel expert zijn de beide heren van de Ondergrondse Kerk
gaan kijken naar het schip. Fred is bij die inspectie er niet bij geweest.
Vervolgens heeft Fred ze geadviseerd inzake de toekomstige ligplaats van het
zendschip. Men dacht aan de Middellandse Zee en de Noordzee. Daarop heeft Fred
ze geadviseerd om de Middellandse Zee te kiezen in verband met de gunstige
ligging ten opzichte van Roemenie en de landen in de omgeving van de
Middellandse Zee.
Twee weken later meldde Henk Berg aan Fred Bolland dat er fl. 500.000,--
vrijgemaakt zou worden voor de aankoop van het schip, inclusief de verdere
apparatuur.Vervolgens kwam er een kink in de kabel: de advocaat van Ray
Anderson, de heer Less Livermore, meldde dat er een beslag lag op het schip en
dat er eerst 16.000 pond betaald moest worden alvorens het schip door de
havenautoriteiten zou worden vrijgegeven. Men vond het niet verstandig om Ray
Anderson zomaar 16 000 pond in handen te geven en dus werd Ray te verstaan
gegeven dat hij met de studio apparatuur, die bij East Anglian Productions
stond, naar Duinkerken moest brengen en dat hij daar de 16.000 pond in ontvangst
kon nemen. Ray ging akkoord en de daarop volgende dag werd de apparatuur naar
Duinkerken verscheept. Fred Bolland heeft de Ondergrondse Kerk organisatie erop
gewezen dat het verstandig zou zijn om de bemanning van de Communicator te laten
bestaan uit de mensen waarmee hij reeds eerder werkzaam was. Ray Anderson werd
betaald na overdracht apparatuur.
Fred Bolland stuurde Danny en Willy (dezelfden die de bevoorrading deden voor de
Ross Revenge) naar de Communicator. Daar aangekomen werden ze door de Engelse
douane niet toegelaten aan boord van de Communicator, daar het beslag niet was
opgeheven. Wat bleek? Jan Bor had aan Anderson een cheque afgegeven, die niet
onmiddellijk te incasseren was. Op een gegeven moment was het beslag opgeheven
en toen werd de Communicator door een kleine sleepboot naar de haven van Harwich
gesleept.
Uiteindelijk werd het schip door de sleper de Poolster versleept naar de Fairy
Banks, alwaar de Communicator voor anker ging. Aldaar zou het schip worden
overgeschreven naar de White Lanca Marine Enterprises. Het werd vervolgens tijd
om het schip klaar te maken voor de uitzendingen. De generatoren werkten niet en
er waren aan boord grote vernielingen aangericht. Danny en Willy bleven aan
boord. Fred Bolland ging met de Poolster terug naar huis. Bolland: ‘Immers, er
waren ook problemen op de Ross Revenge en Gert Jan Smit verzocht mij op
reparatiewerkzaamheden te laten verrichten. Zoals bekend was de grote mast op de
Ross Revenge naar beneden gekomen en er moest voor een kleine mast gezorgd
worden Gert Jan Smit zegde een bedrag van fl.15.000,-- toe voor de nodige
reparaties.
Wordt vervolgd